Angst om te falen of angst om succes te hebben

Angst om te falen of angst om succes te hebben: twee verschillende zaken.

Hoe kun je als leidinggevende omgaan met medewerkers die angst hebben om te falen of angst hebben om succes te hebben, en daardoor niet tot bloei komen? Hoe kun je hen helpen moedig aan de slag te gaan met hun uitdagingen?

Deze medewerkers, die een mooie toekomst voor zich hebben maar zichzelf saboteren, kunnen worden vergeleken met rupsen die er maar niet in slagen vlinders te worden. Een belangrijke oorzaak hiervan is hun irrationele angst om te falen. Hierdoor vermijden ze risico’s en zullen ze niets proberen als er ook maar een kans bestaat dat ze tekortschieten. Deze angst ontstaat vaak door eerdere mislukkingen, vernedering en schaamte.

Daarnaast bestaat er ook angst om succes te hebben, wat gemakkelijk verward kan worden met angst om te falen. Toch zijn het twee aparte fenomenen. Medewerkers die bang zijn om succes te hebben, blokkeren hun eigen vooruitgang. Het is niet het succes zelf dat hen verlamt, maar eerder de gevolgen van succes. Ze maken zich zorgen over de aandacht die ze zullen krijgen en of ze daarmee kunnen omgaan. Soms hebben ze beperkende overtuigingen, waarbij ze vinden dat ze het succes niet waard zijn, anderen niet voorbij willen streven of vinden dat anderen het succes meer verdienen dan zij.

Om medewerkers te helpen tot bloei te komen, kun je als leidinggevende de volgende  stappen nemen:

Stap 1: Laat medewerkers hun niet-effectieve gedrag erkennen.

Ga met hen in gesprek en stel vragen. Ontdek wat hen tegenhoudt, welke diepgewortelde overtuigingen ze hebben en waar deze vandaan komen. Vaak zijn deze terug te voeren op gebeurtenissen uit hun jeugd.

Stap 2: Laat medewerkers hun gedachten herkaderen.

De manier waarop medewerkers naar zichzelf en de wereld kijken, en wat ze tegen zichzelf zeggen beïnvloedt hun realiteit. Help ze hun interne dialoog, de manier waarop ze naar zichzelf kijken, positief te beïnvloeden. Met positieve zelfbevestiging kunnen ze beperkende gedachten omzetten naar versterkende gedachten en hun zelfvertrouwen vergroten.

Stap 3: Laat ze hun toekomst visualiseren en de mogelijke uitkomsten. 

Help ze om over de toekomst na te denken. Wat voor leven zouden ze willen hebben en welke stappen moeten ze hiervoor zetten.

Stap 4: Help ze om niet perfectionistisch te zijn.

Help ze om uitdagende, maar realistische en haalbare doelen te stellen. Help ze te begrijpen dat fouten en gemiste doelen bij het leven horen en dat ze mild zijn voor zichzelf als dit gebeurt.

Stap 5: Laat ze zichzelf trainen in moed.

Ga met ze in gesprek over ja zeggen tegen nieuwe kansen, dat het normaal is dat alle nieuwe dingen eerst lastig zijn en dat het steeds beter gaat met meer ervaring. Help ze om te begrijpen dat moedig zijn en risico’s nemen cruciaal zijn om te groeien en beter te worden.

Stap 6: Laat ze hun successen vieren.

Bespreek de grote en kleine successen tot nu toe en geef je medewerkers een tip om een dagboek bij te houden van hun successen, zodat ze deze ook met anderen kunnen delen.

Deze laatste tip gebruik ik bijna altijd in de coaching van beginnend leidinggevenden. De aandacht voor wat (nog niet) goed gaat is vaak groter dan de aandacht voor wat wel goed gaat. Dus, sta stil, neem de tijd om na te denken over wat je allemaal goed hebt gedaan de afgelopen week. Waar ben je blij mee en trots op? Doe dit aan het eind van de week, als afsluiting, om met een goed gevoel het weekend in te gaan.

Wil je meer tips en inspiratie? Bestel dan mijn boek.